NeerlandiNet - Neerlandistiek in Suid-AfrikaArgief
Tuis /
Home
Briewe /
Letters
Kennisgewings /
Notices
Skakels /
Links
Boeke /
Books
Opiniestukke /
Essays
Onderhoude /
Interviews
Rubrieke /
Columns
Fiksie /
Fiction
Poësie /
Poetry
Taaldebat /
Language debate
Film /
Film
Teater /
Theatre
Musiek /
Music
Resensies /
Reviews
Nuus /
News
Slypskole /
Workshops
Spesiale projekte /
Special projects
Opvoedkunde /
Education
Kos en Wyn /
Food and Wine
Artikels /
Features
Visueel /
Visual
Expatliteratuur /
Expat literature
Reis /
Travel
Geestelike literatuur /
Religious literature
IsiXhosa
IsiZulu
Nederlands /
Dutch
Gayliteratuur /
Gay literature
Hygliteratuur /
Erotic literature
Sport
In Memoriam
Wie is ons? /
More on LitNet
Adverteer op LitNet /
Advertise on LitNet
LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.

Die Nederlandse Taalunie

Literatuur is voor verliefden

Ingrid Glorie

Onlangs schreef Marita Matthijsen, hoogleraar Moderne Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam, in NRC Handelsblad dat ze haar boekenkasten opnieuw heeft ingericht. De boeken van de Tachtigers zijn van de logeerkamer, waar de moderne Nederlandse literatuur is ondergebracht, verhuisd naar de studeerkamer, die tot voor kort was voorbehouden aan Matthijsens onderzoeksveld bij uitstek: de negentiende eeuw. Zo kan het gebeuren dat Kloos voortaan tussen Kinker en Kneppelhout staat en dat Van Eeden een plank moet delen met Rijnvis Feith. De decadente Couperus heeft de gereformeerde Da Costa als buurman gekregen, de marxist Gorter de typische bourgeoisdichter J.J. Goeverneur. Het zal voor alle betrokkenen even wennen zijn.

Mathijsens opruimwoede is niet alleen ingegeven door ruimtegebrek — hoewel dat, naar alle waarschijnlijkheid, ook. De nieuwe ordening weerspiegelt een nieuwe beleving van de Nederlandse literaire traditie. De twintigste eeuw begint niet langer, zoals scholieren en studenten generaties lang geleerd hebben, met de jonge honden rond De Nieuwe Gids, maar met Paul van Ostaijen: ‘Boem, boem, paukenslag!’

De verbanning van de Tachtigers naar de kast met oudere literatuur is een bewijs van de levendigheid van de Nederlandse canon. Welke student kan zich nog iets voorstellen bij Kloos’ ‘Ik ben een god in het diepst van mijn gedachten’, of bij de aanhef van Perks Iris: ‘Ik ben geboren uit zonnegloren, en een zucht van de ziedende zee’? Voor zover er nog regels van een Tachtiger zijn die spontaan geciteerd worden, dan komen die waarschijnlijk van Gorter: ‘Zie je ik hou van je, ik vin je zo lief en zo licht ...’ Het gesleep met boeken, ergens in Amsterdam-Zuid, betekent niet dat de poëzie van Tachtig er minder mooi op is geworden. Maar we zullen in deze gedichten geen moderne geestverwant terugvinden. De literatuur van Tachtig is niet vernieuwend meer. De literatuur van Tachtig is voorgoed oud.

Het is dus niet alleen de literatuur die zich ontwikkelt. Ook onze beleving van die literatuur is voortdurend in beweging. Als het goed is en we niet alleen maar gedachteloos overnemen wat een vorige generatie ons heeft nagelaten, dan vraagt elke tijd om zijn eigen canon, zijn eigen selectie uit het aanbod van de literatuur.

Verschuivingen in de canon en een heroriëntatie op de literaire traditie spelen in de Zuid-Afrikaanse literaire wereld op dit moment een nog veel grotere rol dan in Nederland.

De politieke veranderingen in het land hebben geleid tot de roep om een nieuwe, inclusieve benadering. Zo zou de Regenboognatie weerspiegeld moeten worden in één allesomvattende literatuurgeschiedschrijving, waarin niet alleen alle talen van het land vertegenwoordigd worden, maar waarin ook plaats wordt ingeruimd voor genres die tot dusver buiten de canon werden gehouden. Protestpoëzie bijvoorbeeld, orale literatuur en misschien zelfs de picturale traditie van oude rotstekeningen. Het lijkt, hoe begrijpelijk de achterliggende emotie ook is, vooralsnog een onmogelijke opdracht.

Verder wordt langzamerhand duidelijk hoe politieke affiniteiten, bewust of onbewust, een rol gespeeld hebben bij het op de voorgrond plaatsen van zekere literaire teksten, en het marginaliseren van andere.

Onze positie in het heden bepaalt dus onze kijk op het verleden. Onze positie in het heden bepaalt ook onze perceptie van wat er, tegelijkertijd, in andere delen van de wereld gebeurt. Naast afstand in tijd is ook ruimtelijke afstand een factor die onze beleving van een bepaalde literatuur beïnvloedt.

Dat valt me altijd weer op als ik met mijn Zuid-Afrikaanse vrienden over de Nederlandse literatuur praat. Zo moeilijk als het voor een Zuid-Afrikaan is om een buitenlander de complexe politieke en sociale situatie van zijn land te laten begrijpen, zo moeilijk vind ik het om antwoord te geven op allerlei gretige vragen over Nederlandse literatuur. Hoezeer mijn vrienden ook proberen om op de hoogte te blijven van de jongste ontwikkelingen binnen de veelbesproken Amsterdamse ‘grachtengordel’ (blijkbaar de plek waar alles zou gebeuren), het beeld dat uit hun vragen oprijst, is zelden meer dan een karikatuur van de Nederlandse literatuur zoals ik die beleef.

Want de Nederlandse literatuur wordt in belangrijke mate bepaald door de veelheid ervan. Door een nimmereindigend gedruis van debuten en debatten, romans, roddels en recensies. Juist temidden van die veelheid, van dat gedruis, ontstaan de mooiste regels en de beste ideeën. Het gedruis is de voedingsbodem voor die paar namen en die paar titels die komen bovendrijven en die uiteindelijk ook in Zuid-Afrika worden opgepikt.

Daarbij kunnen schrijvers hun positie in het Zuid-Afrikaanse beeld van de Nederlandse literatuur verstevigen door het land te bezoeken en er op toernee te gaan. Deze ‘happy few’ bepalen vervolgens voor jaren het gezicht van de Nederlandse literatuur in Zuid-Afrika. Gelukkig zijn er steeds meer schrijvers die — zwaar gesubsidieerd door de Nederlandse Taalunie, het Nederlands Productiefonds en cultureel-georiënteerde hulporganisaties — zo’n reis ondernemen, waardoor er meer namen bij komen en het beeld steeds verder wordt genuanceerd. Toch vertegenwoordigen deze auteurs nog altijd slechts een toplaag van de Nederlandse literatuur. Ze vertegenwoordigen in de eerste plaats zichzelf.

Het is goed zo. Het kan niet anders dan dat het gedruis, op zo’n grote afstand, niet wordt gehoord. En de Zuid-Afrikaanse literatuur heeft zijn eigen discussies, zijn eigen verrassingen en zijn eigen initiatieven. Van het Zuid-Afrikaanse gedruis krijgen wij in Nederland op onze beurt slechts een beperkt deel mee (en misschien minder dan andersom). We denken dat we weten wat er in Zuid-Afrika speelt. Maar vaak blijkt de essentie bij nader inzien niet in de boventonen te zitten, maar in de constante aanslag, in de emotie en het gemurmel dat daaronder schuilt.

Er wordt wel gezegd dat één mens een ander nooit volledig kan leren kennen. Zo kunnen we ook elkaars literatuur nooit volledig doorgronden en naar waarde schatten. Maar dat is geen reden om niet langer nieuwsgierig naar elkaar te zijn, een gesprek aan te gaan en soms zelfs verliefd te raken.

‘Liefde’ is niet voor niets het thema van de Boekenweek, die van 13 t/m 23 maart in Nederland wordt gehouden. Wie verliefd is of dat wil worden, kan nu alvast een kijkje nemen op de website www.komliefste. Hier vind je, uitgekozen door Gerrit Komrij, de 543 mooiste liefdesgedichten uit de Nederlandse literatuur.

terug    /     boontoe


© Kopiereg in die ontwerp en inhoud van hierdie webruimte behoort aan LitNet, uitgesluit die kopiereg in bydraes wat berus by die outeurs wat sodanige bydraes verskaf. LitNet streef na die plasing van oorspronklike materiaal en na die oop en onbeperkte uitruil van idees en menings. Die menings van bydraers tot hierdie werftuiste is dus hul eie en weerspieël nie noodwendig die mening van die redaksie en bestuur van LitNet nie. LitNet kan ongelukkig ook nie waarborg dat hierdie diens ononderbroke of foutloos sal wees nie en gebruikers wat steun op inligting wat hier verskaf word, doen dit op hul eie risiko. Media24, M-Web, Ligitprops 3042 BK en die bestuur en redaksie van LitNet aanvaar derhalwe geen aanspreeklikheid vir enige regstreekse of onregstreekse verlies of skade wat uit sodanige bydraes of die verskaffing van hierdie diens spruit nie. LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.