NetFiksie - nuwe fiksieArgief
Tuis /
Home
Briewe /
Letters
Kennisgewings /
Notices
Skakels /
Links
Boeke /
Books
Opiniestukke /
Essays
Onderhoude /
Interviews
Rubrieke /
Columns
Fiksie /
Fiction
Poësie /
Poetry
Taaldebat /
Language debate
Film /
Film
Teater /
Theatre
Musiek /
Music
Resensies /
Reviews
Nuus /
News
Slypskole /
Workshops
Spesiale projekte /
Special projects
Opvoedkunde /
Education
Kos en Wyn /
Food and Wine
Artikels /
Features
Visueel /
Visual
Expatliteratuur /
Expat literature
Reis /
Travel
Geestelike literatuur /
Religious literature
IsiXhosa
IsiZulu
Nederlands /
Dutch
Gayliteratuur /
Gay literature
Hygliteratuur /
Erotic literature
Bieg /
Confess
Sport
In Memoriam
Wie is ons? /
More on LitNet
LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.
LW Hiemstra Trust



Sarah Vanagt (1976) het grootgeword in Antwerpen, en begin ook hier met haar studies in Geskiedenis. Ná twee jaar verskuif sy na Engeland waar sy haar B.A. en M.A. aan die Universiteit van Sussex in Brighton behaal. Tans is sy werksaam by die Huis der Nederlanden in Pinelands as deel van haar opleiding in Kulturele Studies by die Katolieke Universiteit van Leuven.
  Sarah Vanagt

WEES WELKOM EN BANG

Wees welkom en bang. Dat is waar mijn eerste gesprekken in Zuid-Afrika steeds weer op neer schijnen te komen. Mijn vliegtuigreis hierheen was in dat opzicht een uiterst gepaste voorbereiding op het soort keuzes waarvoor een mens hier blijkbaar komt te staan. Ik zat in het vliegtuig en wist niet goed waarop ik mijn aandacht nu best kon richten. Op de nieuwsbeelden van de bomaanslag die die dag juist had plaatsgevonden aan de Waterfront? Op de verbluffende schoonheid van de natuur, de wolken, de opkomende zon? Of misschien maar best op het zachte stukje vlees en het glas Kaapse wijn die me werden voorgeschoteld? Geweld, natuur of luxe? “Saignant, medium of well-done?”, vroeg de steward.

De nieuwsberichten in de Belgische pers hadden me enigzins voorbereid op een land waar de criminaliteit hoog en meedogenloos is. Het is echter niet het eigenlijke geweld dat me tot nogtoe geraakt heeft, maar wel de verraderlijke aanwezigheid van een ongehoord gevoel van onveiligheid. Het lijkt alsof de befaamde Kaapse Dokter zich in zijn vrije uren als Mister Hyde vertoont, en in die hoedanigheid een epidemie van angst verspreidt onder zijn patiënten. Geweld, drugs-en wapenhandel, bendevorming, corruptie,... zuchten de mensen, hun kranten en hun nachtmerries (een zucht die niet hoeft onder te doen voor die van de Kaapse Dokter). En zelf zucht ik ook: mijn eerste indrukken van dit land, om precieser te zijn, van mijn ontmoetingen met haar inwoners, kunnen niet anders dan beamen dat de mensen hier uitermate gastvrij en opvallend angstig zijn. De natuur boet daarbij iets van haar betovering in, om van de luxe niet te spreken.

Twee weken geleden werd me een verrassend voorstel gedaan: zou het mij misschien interesseren om een aantal dagen te observeren hoe het er in de broeiplaatsen van dat zo fel besproken geweld aan toe gaat? Het aanbod kwam uit de hoek van het Departement Correctionele Diensten van Kaapstad. ’n Florerende zaak hier, me dunkt. Het was met name Peter Williams, Assistant Director van de ‘Community Corrections’ die mij uitnodigde om hem tijdens een weekendshift te vergezellen bij zijn werk. “You want to be exposed to South Africa’s culture(s), miss? You come with me, if you are not faint-hearted.” Ik aanvaardde het aanbod zonder precies te weten waar ik aan toe was.

De Correctionele Dienst blijkt een echt kind van het Nieuwe Zuid-Afrika te zijn, geschapen in een geest van geloof in de mens, diens medemens en hun beider toekomst. Vandaar ook het hoge utopische karakter van de hele onderneming. Kort samengevat komen de beweegredenen en de werking van de Correctionele Diensten erop neer toe te zien dat de integratie van vrijgekomen gevangenen in het ‘gewone’ leven zonder al te veel hernieuwde problemen verloopt. Omdat de gevangenissen overvol zitten en omdat men ervan uitgaat dat het voor de gevangene — en daarbij voor zijn (of haar) gezin — constructiever is hem te helpen bij het opbouwen van een geweldloos bestaan, werd in 1992 het systeem van ‘Parole Supervision’ ingevoerd. Gevangenen die vervroegd uit de gevangenis worden ontslaan om het resterende deel van hun straf in de gemeenschap te volbrengen, worden onder Parole Supervision geplaatst. Deze vorm van straf veronderstelt een positieve houding van de veroordeelde enerzijds en van zijn omgeving anderzijds. De gevangene weet zich daarbij gebonden aan een hele lijst van verplichtingen en verboden, en in vele gevallen (meestal in de eerste fase) gaat zijn of haar huis verdacht veel op een gevangenis lijken. Zo verbindt de parolee zich ertoe geen alcohol of drugs te gebruiken, actief op zoek te gaan naar werk, een vastgelegd aantal uren gemeenschapswerk te verrichten, thuis te zijn op de afgesproken tijden (dat varieert van voltijds huisarrest tot bijvoorbeeld een avondklok om tien uur). De Correctionele Dienst van Kaapstad beschikt over team van 65 vaste medewerkers en een handvol vrijwilligers die er dagelijks (ook tijdens het weekend) op uitgaan om te controleren of de parolees zich wel aan de regels houden. Verder bestaat hun taak eruit om bij de families in kwestie te informeren of alles naar wens verloopt en of iedereen zich veilig voelt met de thuiskomst van de gevangene .

Vooraleer ik met Peter Williams naar de uitvalsbasis van de Correctionele Diensten in Mitchell’s Plain reed, had mijn gastheer nog samen met zijn gezin gebeden. Peter Williams blijkt in zijn vrije tijd lekepriester te zijn. Ook ik werd in zijn gebed betrokken: ‘opdat onze gaste toch maar veilig moge zijn hier in Zuid-Afrika’. Enkele uren later zat ik in zijn kantoor en werd er voorgesteld aan zijn team. “This lady is a Belgian student — let’s say Dutch to keep it simple — and she is here to study cultures.” Peter Williams droeg mijn ‘collega’s van de dag’ op erop toe te zien dat ik mee in alle huizen zou gaan, tenzij het hun om één of andere reden te gevaarlijk leek. Ik dacht: “this priest is really challenging his prayers”. Zo belandde ik gedurende twee dagen van twee uur ’s middags tot tien uur ’s avonds in een auto, telkens vergezeld van twee stevige en gewapende kerels. Dat laatste stelde me gerust en verontrustte me. Ik zag een licht-zenuwachtige blik bij de ene kerel, en een openlijk cynische bij de ander. “It is weekend over there, Mr Williams, people are drinking...” Beiden straalden eerlijk gezegd weinig geloof in mens en toekomst uit. Zij wilden hun werk doen en namen het risico van incidenten daarbij duidelijk niet lichtzinnig op.

In die twee dagen heb ik een tachtigtal huisbezoeken afgelegd, hoewel er vaak niet veel huis aan was. In zeventien gevallen was er ook geen sprake van een bezoek: de parolee was niet waar hij verondersteld werd te zijn. Een enkele keer troffen we een plaatsvervangende veroordeelde aan. De leugen was echter te duidelijk, zeker toen bleek dat hij wel erg lang over zijn geboortejaar moest nadenken, en hij er uiteindelijk tien jaar naast zat. De eerste dag kwam ik in Site C en Greenpoint terecht, twee squatter campbuurten in Khayelitsha. Het was bloedheet en het zinderde. De talloze plastic zakjes die overal aan vasthangen zoals etensrestjes tussen tanden, bewogen als zieke longen in de wind.

Het spijt me zeer, en het is allicht heeltemaal ongepast, maar het had naast al het schrijnende, ook iets betoverends, iets van een hallucinatie. Ik heb het hier niet over de (in dit verband totaal misplaatste) romantiek van het bohémienbestaan. Het was eerder het zichtbaar eindeloze ervan, de slierten en slierten krotten, de verscheidenheid van ‘bouwmaterialen’ en hun evenzovele kleuren, de ademende plastic zakjes, het stof dat maar niet op de grond bleef liggen. Ik zeg het, het spijt me. Ik denk niet dat ik op dat moment een zogenaamde cultuurschok onderging, het was iets anders. Niet dat ik nog nooit eerder beelden van dit soort krottenwijken had gezien, integendeel. En het is ook niet zo dat het er in werkelijkheid helemaal anders uitzag dan ik verwacht had. En toch was ik hier niet op voorbereid, als het al mogelijk is om hierop voorbereid te zijn. Het kwam niet in me op om de vragen te stellen die me pas naderhand in grote getallen voor de geest kwamen. Ik zat in de auto, stapte ik in en uit en glimlachte ietwat verstrooid naar de mensen. Die mensen keken me overigens verbaasd aan. (“Are you from the police, my dear?” of ook “Ma’am, haven’t got a job for me?”)

Ik kan niet zeggen dat ik me onveilig heb gevoeld in Khayelitsha, daarvoor viel ik waarschijnlijk te veel uit de boot. Boot... town-ship... het doet me denken aan een reuzenschip, een Titanica in een zee van golfplaten. Roept daar al iemand “Regenboog in zicht”? Nee, het klinkt eerder als “man over boord! En daar, man over boord! En daar, en daar en daar.” Ik voelde me lichtjes zeeziek worden.

Op zondag werd ik meegenomen naar Hanover Park, één van de beruchte gangsterwijken van Kaapstad. Grote blokken met trappen langs de buitenkant, en verder hopen kinderen en jongeren die tussen de wapperende was rondhangen. Dit is nu zo’n wijk waar bendeleden als paddestoelen uit de grond en op elkaar schieten. Het lijkt me moeilijker om me in te beelden hoe je er hier als jongere in slaagt om niet in de criminaliteit terecht te komen dan om te begrijpen waarom zovelen zich aansluiten bij de Hardlivings of bij de Americans.

In deze buurt geen vage, ‘existentiële’ gewaarwordingen van mijn kant, eerder een onbehaaglijk gevoel en een neus op de feiten. De kale woonblokken, die al net evenveel afschilferen als de meest geziene boom in de Kaap, staan te verschrompelen in hun troosteloosheid en in hun schreeuwlelijke gelijkvormigheid. Het opsporen van alle mannen en vrouwen over boord en onder correctionele supervisie was bovendien niet altijd even voor de hand liggend. De logica van de straatnamen en huisnummers is eenvoudigweg dat er geen logica is. En de weg vragen betekende maar al te vaak de weg ‘wijs‘ gemaakt worden. Dit soort van tegenwerking vanwege de bevolking mag niet verwonderen, zo werd me verteld; jarenlang waren overheidsdiensten als deze immers synoniem voor blanke willekeur en onderdrukking. Het besef dat de Correctionele Diensten vandaag de dag werkelijk in dienst van de gemeenschap (willen) staan, vergt wellicht nog enige tijd, alsook het bewijs dat het hele rechtssysteem daadwerkelijk vrij is van alle mogelijke vormen van corruptie. Dat laatste blijkt overigens nog niet altijd het geval te zijn.

Aan het voeteinde van mijn bed hangt een landkaart van Afrika. Toen ik de pistoolhouders van de medewerkers van de Correctionele Dienst zag, stond me plots die kaart voor ogen. Het Afrikaanse continent lijkt verdomd veel op een reuzenpistoolhouder. En ja, de loop komt uit in Zuid-Afrika... Sindsdien word ik dagelijks wakker zoals zovele Zuid-Afrikanen: met een schrikbeeld. Niet dat ik de schoonheid van het land erdoor vergeet. Ik zou bijvoorbeeld ook kunnen uitwijden over de beklimming van een Tafelpoot, over een man-made paradijsje als Kirstenbosch, over de voortreffelijke Kaapse jazz en wijn. Kortom, over natuur, cultuur en luxe, want al bij al is het hier ook buitengewoon goed toeven. Maar in die al bij al wringt toch het schoentje.

boontoe


© Kopiereg in die ontwerp en inhoud van hierdie webruimte behoort aan LitNet, uitgesluit die kopiereg in bydraes wat berus by die outeurs wat sodanige bydraes verskaf. LitNet streef na die plasing van oorspronklike materiaal en na die oop en onbeperkte uitruil van idees en menings. Die menings van bydraers tot hierdie werftuiste is dus hul eie en weerspieël nie noodwendig die mening van die redaksie en bestuur van LitNet nie. LitNet kan ongelukkig ook nie waarborg dat hierdie diens ononderbroke of foutloos sal wees nie en gebruikers wat steun op inligting wat hier verskaf word, doen dit op hul eie risiko. Media24, M-Web, Ligitprops 3042 BK en die bestuur en redaksie van LitNet aanvaar derhalwe geen aanspreeklikheid vir enige regstreekse of onregstreekse verlies of skade wat uit sodanige bydraes of die verskaffing van hierdie diens spruit nie. LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.